Sitecolumn #36

Het is weer zover. Halloween is voorbij, de eerste kerstdecoraties zijn al in de winkel en de lampjes hangen in de bomen. En dat kan maar een ding betekenen: ik mag weer zonder schuldgevoel kersliedjes zingen! Ik heb ook de grootste impulsieve koop ooit gemaakt: een flamingo die Jingle Bell Rock zingt.

 

De laatste tijd vind ik het heerlijk om weer alles van Ella Fitzgerald te luisteren. En daar horen ook al haar kerstliedjes bij. Rudolph the Red Nosed Reindeer, Santa Claus is Coming to Town, Good Morning Blues, etc. Ze zijn allemaal samen in 1960 opgenomen op het album Ella wishes you a swinging christmas. Ik kan urenlang luisteren naar haar bijzondere stem, haar improvisatie en haar geweldige scat.

 

The First Lady of Jazz, of Lady Ella is een van de grote figuren van Afro-Amerikaanse jazz. Ze begon haar carrière toen ze een plek voor de amateur night in Apollo won. Ze mocht daar optreden en koos in de laatste minuut om te zingen in plaats van dansen. Ze veroverde het publiek met haar bijzondere stem.

Buiten het podium was Ella verlegen en op zichzelf, maar op het podium veranderde ze: “Once up there, I felt the acceptance and love from my audience, I knew I wanted to sing before people the rest of my life.” In 1938 kwam haar album A-Ticket-A-Tasket uit. Dit album heeft haar toen echt bekend gemaakt. Er werden een miljoen kopieën van verkocht en hij bleef 17 weken lang op nummer 1 staan.

Soms wil ik dat ik eerder was geboren. Mijn vader heeft grote artiesten zoals Ella en Oscar Peterson in concert gezien. Daar ben ik echt jaloers op. Hij is ook naar een concert van Rubinstein geweest. Ik vraag me wel af: ben ik nou zoals die oude mensen die beweren dat vroeger alles beter was?

Mijn pianoleraar zei een keer dat de grootste musici allemaal een zwaar leven hebben gehad en dat we daarom nu zo weinig “groten” hebben. We begonnen een debat maar hij bleek toch ergens gelijk te hebben. Ella had een moeilijke jeugd: nadat haar moeder stierf werd ze al snel in een tuchtschool gezet, maar ze ontsnapte. Met 15 jaar was ze dus alleen op straat zonder geld. Emil Gilels gaf tijdens de oorlog concerten in de open lucht terwijl oorlogsvliegtuigen boven zijn hoofd langs vlogen. Rubinstein heeft ook de wereldoorlogen meegemaakt, Oscar Peterson was net als Ella ook bekend met discriminatie en zo kan je nog even doorgaan.

We hebben natuurlijk tegenwoordig ook enorme talenten en beroemde namen, maar de concertzalen lijken niet zo vol te zijn als voor een Horowitz of Rubinstein. Dit fenomeen is toch wel heel interessant om te bestuderen. Is de uiting in muziek echt zo veel sterker als je nare dingen hebt meegemaakt en kan het publiek dat zo sterk voelen? De twintigste eeuw, met de twee wereldoorlogen, de oorlog in Afghanistan, de Koude Oorlog en andere conflicten hebben heel veel mensen over de hele wereld geraakt. Maar tegenwoordig is het ook niet bepaald rustig. Wat betekent dit voor de muziek van nu en van de volgende generaties?

Toch ben ik blij dat ik in deze tijd leef en dat ik de muziek van mijn ouders kan meekrijgen door opnames. En ik moet toegeven dat er nog wel goede muziek wordt gemaakt, die ik dan ook aan mijn kinderen (not yet please!) zal kunnen doorgeven. Zo blijft de muziek nog altijd leven. In de tussentijd ga ik nog volop van Ella genieten tot de kerst (nog maar 48 nachtjes slapen!) en de rest van het jaar natuurlijk ook.

nl_NL