Vandaag begint blok 3 en dat betekent dat we inmiddels halverwege het collegejaar zijn, maar ook dat mijn laatste semester als bachelor-student aangebroken is. In het afgelopen semester is veel gebeurd. Zo schreef ik mijn scriptie en begon ik met een nieuwe bijbaan, maar de grootste verandering was wel het verhuizen van mijn kamer in het Hucbaldhuis met de lieve Paula’s, naar een kamer op het Tuindorp West Complex. Nieuwe huisgenoten, nieuwe buurt en een hele mooie fietsroute door de oude straatjes van Utrecht naar de Universiteit. Inmiddels is alles gewend en bevalt het me goed, maar ik mis de Paula’s nog wel. Afgelopen vrijdag heb ik het resultaat van mijn bachelor-scriptie ontvangen en ik kan zeggen dat mijn weekend toen heel goed begonnen is. Met nieuwe studiepunten op zak is het voor mij hoog tijd om in blok 3 mijn laatste minor-vak te volgen en daar heb ik stiekem heel veel zin in. Het vak heet ‘Literature and History of the Medieval Celts’ en het fascineert me ontzettend. Ik ben er helemaal klaar voor, de literatuur voor het eerste college is gelezen en ik heb wel weer zin om de collegebanken in te kruipen na al die maanden van zelfstudie.
De laatste loodjes van de bachelor maken me een beetje nostalgisch. Een moment waarop dat gevoel heel hard binnenkwam was eind januari toen ik een voorlichting gaf over muziekwetenschap op mijn oude middelbare school. Tijdens drie rondes was de voorlichtingstafel gevuld met kinders die zich aan het oriënteren waren op verschillende studies. Bij de voorlichting die ik het jaar daarvoor gaf hadden zich maar drie scholieren aangemeld, maar dit jaar waren het er zowaar elf. En wat vertel je zulke hoopvolle zielen? Ik begon maar met de vraag of ze een beeld hadden van studeren in het algemeen, of ze het verschil wisten tussen een studievereniging en een studentenvereniging en waarom ze zich aangemeld hadden voor mijn voorlichting over muziekwetenschap. Over de eerste twee onderwerpen heb ik ze heel wat bij kunnen brengen, maar wat me opviel was dat ze echt oprecht geïnteresseerd waren in muziek en muziekwetenschap en het niet zomaar gekozen hadden.
In mijn PowerPoint ging ik door de vakken van het eerste jaar heen en hier en daar raakte ik wat van de grote verhaallijn af omdat alle herinneringen van mijn eerste jaren naar boven kwamen. Van het schattig gegeven ‘een musicologische wereldreis’ tot ‘Nederlandse muziekcultuur’, ‘music and scholarship’ en ‘early music history’, van mijn papers over De Staat tot tentamens over Beyoncé, alle leuke feitjes die ik van vakken onthouden heb, heb ik ze verteld. Aan het einde van de avond kwam ik tot de conclusie: I would do it all over again. Toen bedacht ik me hoe mooi dat eigenlijk is. Ik volg een studie die zo ontzettend goed bij me past, waar ik met zoveel plezier aan studeer en waar ik zo van genoten heb dat ik het allemaal opnieuw zou doen, dat hoor ik niet vaak over andere studies. Ik kan alleen maar hopen dat ik de nieuwe generatie goed voorgelicht heb en dat er een paar muziekwetenschappers in spé bij mij aan tafel zaten (en dat die dan in Utrecht komen studeren en Hucbaldiaan worden).
Kristel
P.S. Hé Attladies, wanneer doen we een uitje?