Verleden, heden en toekomst in Vivaldi, Sjostakovitsj en Mahler

Untitled Design

Lieve Hucbaldianen,

Het is voorbij. Het nieuwe blok is van start gegaan. De tentamenweek heb ik als intens en gespannen, maar ook heel leuk ervaren. Ik had het namelijk zo ingenieus ingepland dat de drie tentamens in dezelfde week vielen als vier concerten, een minifestival waarop ik zelf ging optreden, én mijn verjaardag. Dat klinkt nu al als een recipe for disaster, zul je misschien denken (zo voelde het toen ook). Maar mijn tentamens heb ik gelukkig gehaald. Nu die achter de rug zijn, kan ik met een gerust hart schrijven over alle concerten: op zaterdag speelde Krashna Musika het pianoconcert van Grieg en Sjostakovitsj’ Vijfde Symfonie, op dinsdag klonk Vivaldi’s Vier Jaargetijden in TivoliVredenburg en het Utrechtsch Studenten Concert speelde woensdag Mahlers Derde Symfonie in het Concertgebouw. Deze drie componisten staan in mijn leven voor verleden, heden en toekomst.

Mijn passie voor klassieke muziek begon bij Mozart. Mijn opa en oma hadden een cd met daarop zijn bekendste werken, waar ik meteen verliefd op werd. Ik denk dat weinig mensen zo blij worden van Mozarts ouverture voor Le Nozze di Figaro als ik, zestien jaar geleden. Ook Eine Kleine Nachtmusik vond ik geweldig. Voor mijn zevende verjaardag vroeg ik daarom een Mozart-cd. Ik weet nog dat ik best teleurgesteld was toen ik het slechte nieuws hoorde van mijn oma: ‘Ze hadden geen Mozart…’ Gelukkig zou de nog verpakte cd ook klassiek zijn, en een beetje op Mozart lijken. Het bleek een cd te zijn met kamermuziek van Vivaldi. Het leek niet echt op Mozart, maar klassiek was het zeker. Ik vond het fantastisch. 

Dit was in de periode dat ik muziek luisterde op een oude discman. Ik luisterde Vivaldi meestal in bed, voor ik ging slapen. Als ik mijn ogen dicht deed zag ik het orkest zo voor me. Dat moet een grappig beeld zijn geweest, want mijn eerste klassieke concert bezocht ik toen ik zeventien was. Ik had toen geen idee wat voor instrumenten er allemaal in een orkest speelden. Van een klavecimbel wist ik alleen dat Mozart dat als kind leerde spelen (dat stond op de cd), niet hoe het klonk. Desondanks genoot ik van de blokfluit, de enigszins voorspelbare melodieën en de wilde dynamiek. 

Rond 2013, toen ik mijn discman voorgoed inwisselde voor mijn moeders afgedankte iPod, lag er een nieuwe muzikale obsessie op de loer. Het werd ABBA Gold (dat stond bovenaan de lijst). AC/DC en Acda en de Munnik heb ik niet eens een kans gegeven. Ik was immers acht: véél te oud voor Vivaldi. De discman en de cd zijn al een tijdje spoorloos verdwenen, ik denk dat ik er minstens tien jaar niet naar heb geluisterd. 

Vorig jaar werd ik toch nieuwsgierig naar mijn lievelingsmuziek van vroeger. Na even mijn hersens te kraken herinnerde ik me de titel van de cd: Vivaldi: Concerti da Camera. Zelfs het ensemble had ik onbewust onthouden, misschien omdat ik de naam maar vreemd vond. Op Spotify leverde Concerti da Camera aanvankelijk niets op. Ik kreeg wel andere opnamen te zien, maar niet die van Collegium Pro Musica. Uiteindelijk kon ik via het ensemble de opname terugvinden. De eerste keer terugluisteren was best wel gek. Ik wist opeens weer dat nummer 6 mijn favoriet was, maar dat was niet het enige: blijkbaar had ik er zo vaak naar geluisterd, dat ik veel stukken had onthouden. Ik kon de melodie bijna altijd meeneuriën, terwijl ik tien jaar zonder had moeten doen. Het was fascinerend en verstikkend nostalgisch.

Dit is mijn lievelingsstuk van de cd, het is episch, tragisch, prachtig en wild. Heavy metal barok op zijn best, als je het mij (of 7-jarige ik) vraagt.

Het moet in de sterren geschreven zijn: precies op mijn negentiende verjaardag, 23 januari, speelde Accademia Bizantina de Vier Jaargetijden in de Grote Zaal van TivoliVredenburg. Het was het eerste klassieke concert dat ik met mijn moeder bezocht, normaliter ga ik in mijn eentje of met vrienden. Ze was erg moe en viel een paar keer in slaap (gelukkig was ze niet mee naar Mahler!). Ik was ook erg moe, maar Vivaldi heeft een bepaald effect wat me op het puntje van mijn stoel liet zitten. De dynamiek en de frasering van het ensemble waren fantastisch en noodzakelijk, omdat Vivaldi’s muziek tamelijk voorspelbaar is qua melodie en harmonie. De Vier Jaargetijden kent natuurlijk iedereen, maar de onbekendere stukken waren ook erg mooi.

Dan, in de chronologie van de week een paar dagen ervoor, maar in de grote chronologie op de tweede plek: Krashna Musika met Sjostakovitsj’ Vijfde Symfonie. De componist was #2 op mijn Spotify Wrapped van 2023, ik ben groot fan van zijn werk. Ik kreeg vorig jaar de tip om zijn strijkkwartetten maar eens te beluisteren van mijn muziekdocente van de middelbare school. Dat deed ik. 

Een halfjaar later, toen ik mijn eerste schrijfopdracht voor Inleiding in de Muziekwetenschap over Sjostakovitsj’ symfonieën schreef, werd mijn liefde pas echt aangewakkerd. Ik hou van de onvoorspelbaarheid en de heftige samenklanken en dissonanten. Ook vind ik zijn Negende Symfonie geweldig, het is één grote satire. De Tweede Wereldoorlog was afgelopen en de Duitsers overwonnen; het Russische volk alsook het regime verwachtten een waardige overwinningssymfonie. Een trots stuk dat lang, zwaar en triomfantelijk zou moeten klinken, een beetje zoals Beethovens Negende. Sjostakovitsj heeft precies het omgekeerde gecomponeerd: een kort, licht en spottend symfonietje, met hysterische koperblazers en virtuoze, paniekerige piccolosolo’s. Het stuk duurt ongeveer 25 minuten. 

Een fragment uit de finale. Dit klinkt heel heftig, maar voor je het weet komt er een contrasterend deel dat spot met deze dreiging.

De Vijfde Symfonie is twee keer zo lang. Het begin van het eerste deel is het perfecte ezelsbruggetje voor de kleine sext. Als ik een geluidje als titel kon instellen, had ik zeker dat motief gekozen. Ta TAAA! Ta taaa… Ta TAAAAAAA!! Ta taaaaa…..

Naast Sjostakovitsj speelde het studentenorkest het pianoconcert van Grieg en het Fantastické Scherzo van de Tsjechische componist Josef Suk. Deze stukken waren heel leuk en goed uitgekozen: het lichtere Scherzo van Suk maakte dat mijn verwachting voor Sjostakovitsj nog groter werd. Het pianoconcert van Grieg was prachtig, de solist was briljant. Na de pauze volgde dan de Vijfde van Sjostakovitsj. Het was bijzonder overweldigend en ontzettend gaaf om mijn lievelingscomponist eindelijk ‘live’ mee te maken. Helaas vertrok de laatste bus om 22:45, en op de terugweg was ik bijna gestrand in Zoetermeer. Desondanks was het concert de ongelukkige ov-verbinding helemaal waard.

Dan, 24 januari: het Utrechtsch Studenten Concert met de Derde Symfonie van Mahler in het Concertgebouw. Wat was dat tof. Ik moet wel bekennen dat ik Mahlers muziek nauwelijks ken, vooral omdat het zo zwaar is. Vaak heb ik geen tijd om een hele symfonie te luisteren en ik weet niet zo goed waar ik moet beginnen met de liederen. Het ergste is nog dat ik de Totenfeier, het eerste deel van zijn Tweede Symfonie, zo fantastisch vond dat ik het helemaal uit mijn hoofd ken. Maar verder dan het tweede deel ben ik niet gekomen. Ik durf het bijna niet te zeggen, maar ik heb het stuk nooit in zijn geheel geluisterd. 

De Derde, op die winterse dag in januari, was mijn eerste volledige symfonie van Mahler. Blijkbaar is het ook de langste die hij ooit heeft gecomponeerd. Ik vond het overweldigend en heel gaaf. 

Ik heb wel het gevoel dat Mahlers muziek voor nu nog niet voor mij weggelegd is, ik kan me er nog niet helemaal aan overgeven. Misschien is dat omdat het ontoegankelijk lijkt, omdat ik het niet begrijp, of omdat het erg lang is en ik mijn aandacht verlies. Toch vind ik het zo mooi dat ik weet dat het nog moet komen. Er zit al wel een Mahler-fan in mij verstopt, maar ik moet nog even wachten voordat het zich echt uit. Het kan zijn dat ik volwassener moet worden, dat er tijd overheen moet gaan. Maar ik denk dat ik vooral gewoon meer naar zijn muziek moet luisteren.

De tentamenweek was zo druk dat mijn reflectieweek vooral bijkomen was. Even alles op een rijtje zetten. Ik was erg opgelucht dat ik het had gehaald, want plantechnisch zijn vier concerten, een minifestival en drie tentamens gewoon niet handig in dezelfde week. Toevallig was dat bij mijn eindexamens van het vwo ook, toen ging ik naar Mitski, Sibelius & Tsjaikovski, Peach Pit en Indigo de Souza. Mijn examens had ik gehaald: ik denk dat ik binnenkort maar eens moet gaan kijken wat voor leuks er allemaal speelt in de tentamenweek van blok 3.

en_GB