Als je me ooit hebt horen praten over moshpits en concerten, heb je ook vast het verhaal gehoord hoe ik in april mijn knie heb verdraaid tijdens het concert van Fontaines D.C. in Doornroosje (terwijl ze nog maar net drie nummers hadden gespeeld…); acht hele weken zat ik vast aan een lompe kniebrace en de drie maanden daarna moest ik revalideren. Hoewel het klinkt als een gruwel ongeluk, ben ik er al lang overheen en grijp ik weer iedere kans om nog een moshpit in te springen. Deze band is, zelfs na deze ervaring, één van mijn favoriete bands.
Fontaines D.C. begon als een dichtcollectief terwijl ze samen muziek op het BIMM in Dublin volgden. Ze brachten twee dichtbundels uit, voordat Grian Chatten (zang), Carlos O’Connell (gitaar), Conor Curley (gitaar), Conor Deegan III (bas), en Tom Coll (drums) besloten om muziek te gaan maken en daarin hun poëzie te verwerken. Omdat ze erachter kwamen dat de bandnaam Fontaines (geïnspireerd door The Godfather’s karakter Johnny Fontane) al in beslag was, plakten ze D.C. (Dublin City) erachter, een knipoog naar hun geliefde stad.
Na het uitbrengen van een aantal singles in 2017/2018, werd hun debuutalbum Dogrel – afgeleid van doggerel, Ierse arbeiderspoëzie; ‘’poetry of the people’’ – uit 2019 met lovende kritiek ontvangen en genomineerd voor een Mercury Prize. Hun muziek is vooral te beschrijven als postpunk, met de generaties oude Ierse woede en onvrede, en daarbij een flinke dosis experimentele saus.
In hun nieuwste album Skinty Fia (letterlijke vertaling: ‘’the damnation of the deer’’) beschrijven ze de worsteling met hun Ierse identiteit. Het album kwam tot stand nadat alle bandleden (uit Ierland) verhuisden en oog in oog kwamen te staan met het schuldgevoel van hun thuis verlaten.
In een interview met NME vertelde Chatten dat hij verveeld aan het raken is met het schrijven van partijen voor alleen de huidige instrumenten: ‘’Whenever I have an idea for a tune, it doesn’t necessarily exist in a world of guitars and drums, even though those are the tools that we have to express ourselves with. I’m getting increasingly bored and unsatisfied with writing for just a bassline and a drum kit.’’ Stiekem hoop ik een beetje dat ze, net zoals Radiohead, de ruimte vinden om hun geluid verder te gaan verbreden. Wie weet wat er in de toekomst zal verschijnen…